FC Groningen liet topsponsor
Pioneer eerst een blauwtje lopen
Groningen – Een must voor elke ambitieuze sportbestuurder,
maar ook heerlijk leesvoer voor de bovenmodale sportliefhebber. Dat is het
onlangs verschenen boek De sportsponsors top 100 aller tijden,
een pil van liefst 441 bladzijden waarin de historie en ontwikkeling van de
sportsponsoring in Nederland is beschreven. Met dank aan Bob van Oosterhout, in
het dagelijks leven directeur (als ook oprichter) van het sportmarketingbureau
Triple Double BV. In zijn voorwoord stelt hij dat met dit majestueuze boekwerk
een stuk cultureel erfgoed is veiliggesteld.
Hij was er net op tijd mee, want - merkte hij tijdens het
schrijven - de tand des tijds is nogal gestaag bezig de mensen van het eerste
uur in de sportsponsoring naar het eeuwige te transporteren. Daardoor moest
bijvoorbeeld een streep worden gehaald door een ’sponsordiner’ met de in 2011
overleden Peter Post. Maar gelukkig voor Van Oosterhout bleven er nog
connecties over om allerhande kleurrijke cases, herinneringen, motieven,
anekdotes en ook nostalgische foto’s te bundelen. Het resultaat mag er zijn, al
zijn er natuurlijk best redenen om wat kritische noten te kraken.
Vanuit Groninger optiek is het bijvoorbeeld vreemd dat de
auteur geen letter heeft gewijd aan het opmerkelijke sponsorhuwelijk, dat
Nationale Nederlanden en Donar in 1973 sloten en meer dan 10 jaar heeft
geduurd. En dat terwijl de verzekeringsgigant door Van Oosterhout wel aan
diverse andere sportpartijen is gekoppeld, zoals de volleybal- en voetbalbond.
Maar Nationale Nederlanden zette haar eerste treden op het sponsorpad in
Groningen en legde in de voormalige Evenementenhal de basis voor haar
sponsorships tot op de dag vandaag toe.
“Maar ik krijg al het verwijt dat ik te veel basketbalsponsoring
in de Top 100 heb gezet,” verdedigt Van Oosterhout zich. Echter, combinaties
als Elmex Leiden en Commodore Den Helder, hebben toch nooit die uitstraling
gehad als van Nationale Nederlanden en Donar. Een groot concern dat haar
allereerste sponsorgeluk in de provincie Groningen zocht, ver weg van
hoofdzetel Den Haag. Dat was toch zeer bijzonder te noemen.
Van Oosterhout kijkt in zijn boek echter ook naar het succes
van club en commerciële partij en ja, dat kan niet worden ontkend, hadden
Levi’s Flamingo’s (de club van Mart Smeets) en Nashua Den Bosch meer te bieden.
Waar NN/Donar ondanks vorstelijke geldinjecties
- schatting 800.000 gulden per jaar - bleef steken op een schamele landtitel (1982),
regende het landskampioenschappen in Haarlem en Den Bosch. Vooral in de
Brabantse hoofdstad, waar het voormalige EBBC met hulp van Nashua liefst acht
keer kampioen van Nederland werd en ook nog eens internationaal op de trom
sloeg. Het haalde zelfs een keer de finale van de Europa Cup II, waarin het
verloor van het Italiaanse Cantu. Ook versloeg het de Spaanse grootmacht Real
Madrid. Voor Van Oosterhout is er daarom geen twijfel mogelijk: dank zij
Nashua, dat in die tijd een miljoen gulden per jaar in het basketbal stak, is
Den Bosch (nog altijd) de basketbalstad van Nederland.
Levi’s was de trendsetter op sponsorgebied in Nederland. Het
kledingmerk is ook ruimschoots aan haar trekken gekomen. In de beginjaren van
de sponsoring profiteerden vooral de zaalsportclubs van de nieuwe geldbron. Bij
hen mocht de naam van de sponsor onbekommerd aan de clubnaam worden geplakt,
waar de voetballerij lange tijd commerciële uitingen probeerde uit te bannen.
Pas toen de shirtreclame werd vrijgegeven door de KNVB, werd het accent snel
verlegd naar de sport die in Nederland het meeste bereik bij het volk heeft.
Ook de meeste media waren aanvankelijk wars van het noemen
van sponsornamen. Een krant als Trouw was daarin heel principieel. Voor het
christelijke dagblad bestond bijvoorbeeld de Amstel Gold Race niet, de
verslaggever had het altijd over Heerlen-Meerssen. Over het algemeen probeerden
de links georiënteerde kranten zuiver op de graat te zijn, waar een populistisch
dagblad als De Telegraaf geen moeite had met sponsornamen te noemen. En zo kon
je in De Telegraaf lezen dat Nashua
Levi´s Flamingo´s versloeg, waar dezelfde wedstrijd bij Trouw ging tussen EBBC
en Haarlem.
In Van Oosterhouts Top 100 is slechts plaats voor één
Groninger sponsorrelatie, die tussen FC Groningen en Pioneer. Zij staan op een
bescheiden 82ste plaats. Er schuilt wel een opmerkelijk verhaal
achter, want de FC zag in eerste instantie niets in de toenadering van het
elektronicaconcern. Het liet Pioneer, in de persoon van marketingdirecteur Edo
Hut, ongegeneerd een blauwtje lopen. De Groninger Hut, oud-lid van Velocitas
1887, had destijds als salesmanager van Pioneer zijn bazen ervan overtuigd dat
het sponsoren van een sterke regioclub als FC Groningen
een goede zaak zijn. Dat was niet zo
eenvoudig geweest als het klinkt. Hut:”We hadden toen een marketingmanager die
helemaal gek was van zeilen. Hij wilde een of andere zeezeiler gaan sponsoren
en een hele grote Pioneervlag op diens boot zetten.” Ik zei: ”Met alle respect
maar daar zie ik nooit een foto van in de krant en ook geen televisiebeelden. Toen
werd geopperd dat we in het wielrennen zouden moeten stappen. Maar ik wilde per
sé FC Groningen hebben.”
Hut legt uit: ”Pioneer was sterk vertegenwoordigd in de Randstad.
Erg positief natuurlijk, dat wil iedereen. Echter, ook regionaal wilden we voet
aan de grond krijgen. Zodoende is Pioneer de sportsponsoring in de Nederlandse
eredivisie gaan inventariseren. (..) Groningen speelde toen leuk voetbal en had
sympathie bij het grote publiek. Ik wist al lang dat FC Groningen de beste
cijfers zou hebben. Daar hoefde je geen econoom voor te zijn. Groningen was
veel meer in het nieuws dan die andere regioclubs en dat kwam natuurlijk ook
door voorzitter Renze de Vries. Die had altijd wat.”
Maar dezelfde Renze de Vries hield, na het eerste contact,
de boot angstvallig af. Huts verzoek werd niet serieus genomen, terwijl het
toch ging om een miljoen (guldens) per jaar. Hut bleef als op en top Groninger echter
aandringen en uiteindelijk kwam het er toch van. Hut: ”Toen het
hoofdsponsorschap uiteindelijk toch officieel bevestigd werd, riepen manager
Ton van Dalen en Renze de Vries in koor dat ze Pioneer hadden binnengehaald.
Maar als het aan FC Groningen had gelegen, was er niets van terechtgekomen. Het
was Pioneer dat doorzette.”
De presentatie was een anekdote op zich. Hut had Jacques d´Ancona
benaderd om de persconferentie te leiden. Maar De Vries wilde ook per se zelf
het woord voeren. Op het moment dat hij de directie van Pioneer Nederland
voorstelde, sprak hij de naam van de directeur uit als Pattinama. Destijds een
bekende speler van Excelsior. Yoshihiro Watanabe, de directeur in kwestie, had
De Vries niet verstaan en vroeg Hut waarom iedereen zo moest lachen. Hut
antwoordde vlug dat FC Groningen een nieuwe speler had gekocht, om de directeur
niet in verlegenheid te brengen.
Top 100 sportsponsors aller tijden
- Aegon
en de KNSB
- Rabobank
wielerploeg
- Holland
Heineken House
- ABN-AMRO
tennistoernooi Rotterdam´
- Sanex
schaatsploeg
- Philips
en PSV
- PTT
Telecompetitie
- TVM
schaats- en wielerploeg
- Amstel
Gold Race
- Ti-Raleigh
wielerploeg
Noordelijke sponsorrelaties±
25. Feenstra Flyers / ijshockey
46. Univé en SC Heerenveen
82. Pioneer en FC Groningen