donderdag 5 juli 2018

Wat kan Bauke in deze Tour?


Wat kan
Bauke in
deze Tour?


Door Dick Heuvelman

Een écht topseizoen draait Bauke Mollema dit jaar tot dusver niet, maar dat neemt niet weg dat hij deze week boordevol moraal, zoals dat in het jargon heet, afreist naar Noirmoutier-en-l'Île, een schiereiland dat is gekoppeld aan de Franse westkust. Daar, in de Vendée, gaat de 105de editie van de Tour de France van start en die wil de Groninger troef – al waakt hij er voor dit hoog van de toren te blazen - benutten met een beste prestatie aller tijden in La Grande Boucle. Als hij daarin slaagt moet hij minimaal als nummertje vijf op de Parijse Champs Elysées aankomen, en dan ook nog eens gelardeerd met een ritzege.
Tot dusver staat er zesde plaats in het eindklassement van de Tour op zijn CV, al weer daterend van 2013. Maar zijn finest hour in dit giga-wielercircus beleefde Mollema toch vorig jaar, toen hij op een snikhete zondag in hartje de golvende tocht naar Le-Puy-en-Velay, ritnummer 15, op zijn erelijst kon bijschrijven. Hij deed dat op magistrale wijzen door er in de laatste veertig kilometer een gedenkwaardige solo tegenaan te gooien. Daar had niemand wat van terug en zo vergaarde de man, die tegenwoordig aan de Franse zuidkust resideert, eeuwige roem.
Zo'n succesvolle krachttour smaakt naar meer, erkent ook Bauke Mollema, maar of hij de komende weken nog eens in zo'n vrijbuiterspositie komt, is nog maar de vraag. Vorig jaar was hij in zijn ploeg, Trek-Segafredo, de eerste luitenant van de afscheid nemende kopman Alberto Contador. Toen de Spanjaard halfkoers al geen uitzicht meer had op geel, mocht Bauke waar mogelijk zijn eigen kans gaan. Hij slaagde cum laude en bracht gans het land in opperste staat van extase.
Vandaar dat Mollema al talrijke keren is gevraagd wat zijn doelstelling is in de komende Tour; weer voor een dagsucces gaan of proberen, zoals hij gewend is te doen, zo hoog mogelijk in het algemeen klassement proberen te komen? Het antwoord van Mollema was steevast de tweede optie, het klassement dus. Dat wekte hier en daar nogal eens fronsende wenkbrauwen op, ook al omdat veel kenners hem geen podiumplaats in de Franse hoofdstad toedichten. Zij achten Mollema's kansen op een etappezege groter als hij de strijd om het geel links laat liggen.
Maar Mollema heeft in feite niets te kiezen. Hij wordt door de Amerikaanse formatie vorstelijk betaald als kopman, de vlaggendrager van het octet die voor de meeste exposure moet zorgen en wordt geacht zijn partijtje mee te blazen in de slagschaduw van favorieten als, jawel, Chris Froome, Alejandro Valverde, Nairo Quintana en Vincenzo Nibali. En nee, Mollema is niet het type dat zijn veranwoordelijkheid uit de weg gaat. Loyaliteit aan zijn bazen staat bij hem hem nooit ter discussie. Bovendien is hij zelf ook nog eens zo eerzuchtig dat hij wil laten zien dat hij vooral nog niet als klassementsrenner moet worden afgeschreven.
Dit vertrekpunt geeft Bauke Mollema extra motivatieprikkels. Stiekemweg heeft hij zijn vizier afgesteld op een top 5-klassering, want het zijn diezelfde (Amerikaanse) bazen zitten hem een beetje achter de (koers)broek aan de laatste jaren. Eerst - vorig jaar - met het aantrekken van Contador en nu weer met het flirten met Richie Porte, de Australiër die BMC gaat verlaten en een aanbieding heeft gekregen van Trek Segafredo, nadat eerder Simon Yates – dagenlang rozetruidrager in de recente Giro d'Italia – voor een identiek aanbod had bedankt. Deze bewegingen op de transfermarkt maken hoe dan ook duidelijk dat men bij de rode brigade Mollema als absolute kopman toch min of meer aan het afschrijven is.
Wellicht zal er voor de import-Monegask, net als vorig jaar, bij Trek nog wel plaats zijn als schaduw-kopman, maar Bauke is niet het type dat zich zo maar eventjes aan de kant laat schuiven. Niet dat hij dat, zoals het een Groninger betaamt, hardop zal zeggen, maar in stilte heeft hij de afgelopen weken gewerkt aan een optreden dat recht moet doen aan zijn kopmanschap. Is het niet bij Trek-Segrafedo, dan toch wel bij een andere World Tourploeg. Want kopmannen zijn dun gezaaid en genieten een exclusieve status in het peloton.
De vraag is alleen of Bauke Mollema zijn snode koersplan in deze Ronde van Frankrijk ten uitvoer kan brengen. Vooralsnog is 2018 niet zijn jaar. Hij heeft maper een platte prijs gereden tot dusver. Nou is hij sowieso geen veelwinnaar, maar zijn uitslagen houden ook niet over. Het is in feite gebleven bij een tweede plaats in de eindstand van de (kleine) Italiaanse etappekoers Coppi & Bartali , een zesde stek in de Waalse Pijl - traditiegetrouw bovenop de Muur van Huy - en een zevende in de Ronde van het Baskenland.
Maar waar hij ook zijn neus aan het venster wilde steken, lukte het van geen kant. Zoals in Parijs-Nice (30ste), de Amstel Gold Race (35ste) en Luik-Bastenaken-Luik (25ste). Na Luik haalde hij wekenlang geen rugummer af en verscheen hij pas in de Ronde van Zwitserland weer eens aan het vertrek. Ook dat kenmerkt de loopbaan van Mollema, hij is bepaald geen veelvraat als het om koersdagen gaat. Waar een man als Valverde de koersen aaneen rijgt, gaat Mollema economisch met zijn lijf en leden om. Gaat hij liever op trainingsstage dan een wedstrijd rijden.
Voor wat het waard is, want na die lange wedstrijdloze periode van eind april tot medio juni bleef hij in Zwitserland onder de maat. Zijn maat voor alle duidelijkheid. Terwijl deze ronde, qua imago de vierde van alle etappewedstrijden, hem in het verleden toch altijd goed heeft gelegen. Dit keer dus niet. Bergop kon hij niet met de besten (Richie Porte en Jacob Fuglsang) mee en in de afsluitende tijdrit, weliswaar over een vlak parcours, tuimelde hij zelfs uit de top 10 van het finale klassement.
Niettemin liet hij via de vaderlandse media weten dat hij hoopvol gestemd is voor de nakende Tour. Hij kijkt er zelfs verlangend naar uit, zo gretig uit hij zich in diverse media. De voorbereiding verliep naar wens, ook al gaf hij daarvan dus geen blijk in de Tour de Suisse. Weliswaar is dat tegenwoordig een koers, net als de Franse Dauphiné Libéré, waarin de toppers vooral verstoppertje plegen te spelen, maar toch....
De heren topcoureurs plegen tegenwoordig één of twee dagen uit te kiezen om zich serieus te testen en waken er voor zich in een favorietenrol voor de Tour wentelen. Ook Bauke Mollema zal in Zwitserland een dag (of twee) hebben uitgekozen, maar hij heeft niet duidelijk kunnen maken welke dat was. Ofwel, hij kwam amper in beeld. Richie Porte was de uitzondering die deze hedendaagse regel bevestigt. Met die aantekening dat hij het in de Tour nog nooit heeft laten zien. Drie weken goed zijn lijkt voor de Australiër te veel van het goede.
Vanaf zaterdag, als in Noirmoutier de startvlag valt, gaat Porte niettemin andermaal als één der kanshebbers van start. En zal ook aan het licht komen hoe goed Bauke Mollema nu werkelijk is. Aan veerkracht en taaiheid geen gebrek bij hem. Dat is zijn grote kracht. En in zijn voordeel spreekt ook de lange aanloop naar de bergen. In de eerste, nagenoeg vlakke week kan hij nog even aan zijn vorm schaven. Dan is het voor de klassmentsmannen 'gewoon' een kwestie van attent volgen.
Op de zesde dag is het wel zaak op de Muur van Bretagne niet al te veel seconden te verliezen, waarna drie dagen later, als op weg naar Roubaix de met kasseien bezaaide Hel van het Noorden opdoemt, het geen kwaad kan met Vrouwe Fortuna op een akkoordje te gooien. Want als het beetje tegenzit, loopt het verlies op de gevreesde pavé's niet op in seconden, maar in minuten.
Pas op dinsdag 17 juli zal Bauke Mollema, net als al die andere kopmannen, voor de eerste serieuze proeve van bekwaamheid komen te staan. Dan staat de eerste bergetappe op de rol, van het toeristenoord Annecy naar Le Grand-Bornand. Onderweg staan er vier cols op het menu. Nog niet de meest onheilspellende beklimmingen, maar wel van dusdanig kaliber dat het klassement in een eerste serieuze plooi zal worden gelegd.
Een dag later zal op Alpe d'Huez duidelijk worden of Bauke Mollema uitzicht heeft op zijn grote doel, top 5 in Parijs. Zo niet, dan kan hij altijd nog omschakelen naar plan B, een etappezege. Daarvoor dienen zich nog redelijk wat kansen aan, niet alleen in de Pyreneeën maar ook in de stevig geaccidenteerde tussenetappes naar Mende en Carcassonne. Die spelen zich af in nagenoeg hetzelfde decor als waar Mollema vorig zo grandioos toesloeg.
Eén ding is zeker, Bauke Mollema zal - referend aan de gang van zaken tot nu toe dit seizoen - flink boven zichzelf uit moeten stijgen om zowel Plan A als ook Plan B ten uitvoer te kunnen brengen. Maar zei de legendarische ploegleider Kees Pellenaars ooit niet dat als Jan Janssen de Tour kon winnen, Pel's schoonmoeder dat dan ook zou kunnen.
Dat was in 1968. En wie ging er toen met het geel vandoor in Parijs? Jawel, Jan Janssen!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.